18 September 2005

Maskers, clowns

Langzaam maar zeker komt de waarheid aan het licht. De waarheid is mooi, want ze doet niet terzake. De waarheid is een verzinsel van de mensen. De verzinsels van de mensen zijn mooi. Ik praat graag met de mensen, maar liever nog praat ik met Monster, mijn kat, want die antwoordt in daden. Voor mij was de waarheid allang aan het licht gekomen. Niemand kon, niemand kan mij nog wat vertellen, als het erop aankomt. Maak je maar niet ongerust, meisje. Ik ben niet weg, en al was ik wel weg, dan nog ben ik het niet. Ik ben pas weg als jij je me niet meer herinnert. Kijk, daar loopt een man in een blauwe trui over straat. Wie niet gelooft in liefde, gelooft in troost, die dient om het ontbreken van liefde te verhullen, als een masker waarachter geen gezicht verborgen gaat. Korter kan ik het niet opschrijven.