29 April 2008

Het grote overpakken

Boeft, dat je geen gitaar kunt spelen verbaast me niets. Ik vrees dat je ook niet kunt bassen (vier snaren), dat je niet kunt drummen (vier ledematen onafhankelijk van elkaar), en dat je alleen maar kunt zingen als je op de bank ligt op de Dusartstraat terwijl Wuthering Heights van Kate Bush op staat en jij drie flessen wijn in jouw mik hebt. Want zingen dat kon je wel. Kun je wel.

Maar het grote overpakken, dat zit niet in je. Dat is geloof ik geen fysieke kwestie, maar een andere.

Voordat ik jou kende, ging ik om met Steek. Misschien heb ik weleens over hem verteld. Niet Breek, maar Steek. Met hem ben ik ook naar Parijs geweest, met wie ben ik niet naar Parijs geweest. Steek zou een boek publiceren, de titel was volgens mij De Vlielandse Dagboeken. Het is er niet van gekomen want hij werd ziek. Tegenwoordig heb je een weblog en half uitgeverig Nederland komt op je af om je roman te publiceren, waarbij het er niet toe doet dat je niet kunt schrijven — als het maar verkoopt. Enfin. Steek heeft mij op zeker moment gewezen op The Sound. Dat vonden wij rond 1985 mooie muziek. Die muziek nam meteen bezit van mijn hoofd toen ik je stukje las, en dus laat ik het hier volgen. Het is niet de originele versie, want de man die het maakte is er niet meer. Maar het is wel precies het goede nummer: Possession. Uit de tijd van Steek dus, en van Tsjernobyl, geloof ik. 1985, er was nog niemand dood, nog lang niet.