12 Mei 2010

Lucide

Lucide, dat woord dan, komt van lux = licht. Als God het licht heeft geschapen, dan heeft Hij ook mijn lucide leven geschapen. In het lucide leven zie je meer dan op woensdagmiddag. Ik zeg: je voelt je dan verwant met mensen die ook zo denken. Ik zou me liever verwant voelen met een hond, bijvoorbeeld. Maar dat is vluchtgedrag, dat is angst. Wie zich verwant voelt met een hond of een kat, is bang om de mensen onder ogen te zien.
Je verbaast je nergens meer over. Ik heb het koud. Ik zou je veel meer willen zeggen, maar ik durf niet meer. Of ja, ik durf wel, het komt nog. Ik heb het heel koud. Ik zie van alles, maar waarschijnlijk is het er niet.

Ik begin net zo vrolijk te worden als Houellebecq, als Nietzsche. De afgelopen anderhalf jaar heb ik weer eens een potje schoonheid en ellende meegemaakt, zo enorm, dat ik me erover verbaas dat al die anderen dat niet meemaken. Ik ben ervan overtuigd dat ik een gezegend mens ben. Maar de God die me heeft gezegend is wel een cynische God, ik moet elke dag tegen Hem vechten.