23 December 2007

Het schrepele lichaam van Jimi Hendrix

Het waren geen Godsgezanten, maar bacchanten, ladderzat op weg naar de furieuze, in het uitdeinend heelal weerkaatsende geluidsorgie van Jimi Hendrix, de meester van de gitaarriff, die ziel en zaligheid uit zijn schrepele lichaam perste.

Hiram begint over het woord 'schrepel' dat-ie niet kent. Nou, dat kenden wij allemaal wel, toch? Ik vroeg het vannacht aan een zeer erkend auteur, die vriend van Arnon Grunberg, en die kende het. Het volgende moment stond Suzanne Klemann naast me, die ik vroeger zo mooi vond, en nu nog steeds. En ze rook lekker, ze rook fantastisch.
'Caron,' zegt ze.
'Ik had vroeger Le Troisième Homme de Caron,' zeg ik.
Ik begin over de geur van Jimi Hendrix — 'Ik ben kleurenblind, dan let je meer op geuren.' Die man rook niet lekker volgens mij, zegt ze. Ik zeg: die man rook wel lekker.
Jimi Hendrix had helemaal geen schrepel lichaam. Die had een Amerikaans lichaam. Ik ga die foto's hier niet meer plaatsen, dat heb ik al gedaan, zoek maar terug. Of ben je daar ook te modern voor? Of te hip & druk misschien. Maar intussen, wat geweldig dat Jan Wolkers zijn laatste zin heeft gewijd aan Hendrix. En misschien nog veel geweldiger dat al die verwende PC Hooft-vrouwtjes niet weten hoe je 'Jimi Hendrix' schrijft. Martin Ros, Orator, zei laatst: de literatuur in Nederland wordt geschreven door en voor vrouwen van 35 tot 70 jaar. Martin Ros mag niets meer zeggen. (Stiekem denk ik dat Martin Ros volgend jaar elke vrijdag bij Matthijs van Nieuwkerk in De Wereld Draait Door zit.)
Vrouwen kunnen enorm goed schrijven. Voor vrouwen. Maar niet voor mannen. Het blijft Libelle-gewauwel, zonder uitzondering. Behalve Robin (uit Goirle, van Vandenb), Sylvia Plath en Carson McCullers. En vroeger af en toe Tamar, hoe heet ze, Renate Rubinstein, de amant van Carmiggelt, die kon het ook een beetje, toch, weet je nog. Maar Robin is beter. Het is een kwestie van talent.